Nadat eerst getracht is de gemeente Arnhem te overtuigen van het feit dat mevrouw Kouwenberg niet de Turkse nationaliteit had en dat uiteindelijk tot niets leidde, is er daarna op ons verzoek door de gemeente contact gelegd met het Turks Consulaat. In dat kader heeft op 12 juni jl. een gesprek plaatsgevonden in het Turks Consulaat tussen de vice consul mevrouw Aslin Savran en de gemeente Arnhem inzake de vermeende dubbele nationaliteit van mevrouw Kouwenberg. Naar aanleiding van dit gesprek heeft de PVV fractie op 13 september jl. een aangetekend schrijven ontvangen van de gemeente Arnhem. In dit schrijven deelt de gemeente mee dat zij de Turkse nationaliteit van mw Kouwenberg gaat verwijderen uit de GBA en wel om de volgende reden.
De vice-consul van Turkije heeft tijdens het gesprek op 12 juni laten weten dat zij hoogst verbaasd was dat in NL, zonder dat daaraan documenten ten grondslag liggen, de Turkse nationaliteit van een persoon wordt geregistreerd in de GBA. Zeker is dat opmerkelijk als je daarbij het Turkse recht betrekt zoals artikel 43 van de Wet gemeentelijke basisadministratie ook voorschrijft. In dat kader heeft mevrouw Aslin Savran het Turkse recht als volgt uitgelegd:
- Het Turkse recht vereist dat registratie (in Turkse registers) plaatsvindt.
- Zonder registratie heeft niemand de Turkse nationaliteit.
- Tot de leeftijd van 18 jaar wordt automatisch de Turkse nationaliteit toegekend na registratie.
- Na de leeftijd van 18 jaar moet er een erkenning procedure worden doorlopen.
Het consulaat heeft vervolgens aangegeven dat er inzake mevrouw Kouwenberg nooit een registratie heeft plaatsgevonden en dat zij om die reden niet voorkomt in de Turkse familieregisters. Tevens heeft de vice-consul mevrouw Aslin Savran aangegeven dat het Turkse recht door de Nederlandse autoriteit onjuist is toegepast, nu volgens Turks recht zonder documenten niet kan worden aangenomen dat een persoon de Turkse nationaliteit bezit. Kortom mevrouw Kouwenberg heeft niet de Turkse nationaliteit en heeft deze ook nooit gehad. Ook is het bijzonder dat de gemeente Arnhem reeds op 12 juni jl. van dit feit op de hoogte was en dat dit pas gisteren, één dag na de verkiezingen, aan mevrouw Kouwen-berg is kenbaar gemaakt.
Dan blijft het nog een raadsel hoe het mogelijk was dat een journalist van de Gelderlander op of omstreeks 9 maart 2011 de inhoud kende van het uittreksel uit de GBA van mevrouw Kouwenberg. Om hierover duidelijkheid te verkrijgen heeft de PVV fractie Gelderland een onderzoek uit laten voeren door het onderzoeksbureau Kafi Integrity te Veenendaal. Kafi heeft tijdens haar onderzoek tevens een beroep gedaan op de expertise van prof D.J. Elzinga, hoogleraar Staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen. Zijn bevindingen zijn eveneens opgenomen in het onderzoeksrapport, dat wij na afloop van deze persconferentie aan u zullen verstrekken. Wij wijzen u er nu reeds op dat prof Elzinga aan deze zaak een publicatie wil wijden in het blad Binnenlands Bestuur.
Tijdens het onderzoek is vast komen te staan dat de griffie van de provincie omstreeks 7 maart 2011 in het bezit was van twee uittreksels GBA van mevrouw Kouwenberg. Vast staat dat mevrouw Kouwenberg zelf op 4 maart 2011 een uittreksel GBA heeft aangeleverd zonder nationaliteit. Vervolgens blijkt dat een ambtenaar van de gemeente Arnhem, in zijn rol van medewerker van het Centraal Stembureau, op of omstreeks 7 maart 2011 uit eigener beweging een uittreksel GBA van mevrouw Kouwenberg heeft gezonden aan de procedure-commissie van de provincie Gelderland. Deze commissie is namelijk belast met het onder-zoek naar de geloofsbrieven van kandidaat Statenleden.
Op dit laatste uittreksel stond zowel de Nederlandse als de vermeende Turkse nationaliteit van mevrouw Kouwenberg vermeld. Pikant detail is dat de staatssecretaris van Binnen-landse Zaken begin 2008 in een circulaire aan de lagere overheden richtlijnen voor het verstrekken van gegevens uit de GBA heeft gegeven. Hij geeft daarin onder andere aan dat het opnemen in de GBA van de Nederlandse nationaliteit volstaat en dat andere nationaliteiten niet relevant zijn en dus ook niet op het uittreksel GBA dienen te worden vermeld. Deze richtlijn heeft de gemeente Arnhem bewust naast zich neergelegd, zoals ook blijkt uit het onderzoeksrapport van Kafi.
Het onderzoek heeft ook aangetoond dat het uit eigener beweging toezenden van een uittreksel GBA van wie dan ook volgens de wet niet mag. Vervolgens heeft het onderzoek ook uitgewezen dat door enkele kandidaat Statenleden GBA's zijn verstrekt waarop geen nationaliteit stond vermeld terwijl de Kieswet vereist dat een GBA wordt overgelegd met daarop de nationaliteit. Deze omissie is vervolgens door de griffie gerepareerd door een kopie van het paspoort van het kandidaat Statenlid bij de GBA te voegen. Ook dat laatste is in strijd met de wet. Daarnaast zijn de uittreksels van mevrouw Kouwenberg niet gewaarmerkt door middel van een gemeentestempel of door ondertekening van een daartoe bevoegde persoon. De gemeente Arnhem is van mening dat de uittreksels, die verstrekt worden op speciaal papier met daarop het logo van de gemeente en het watermerk, te beschouwen zijn als gewaarmerkte uittreksels dat naar nu blijkt zeer discutabel is.
Tijdens het uitgevoerde onderzoek blijkt dat er minstens 7 statenleden zijn die op deze wijze de Nederlandse nationaliteit hebben aangetoond. De procedurecommissie had niet mogen toestaan met het feit dat het Nederlanderschap is aangetoond aan de hand van een paspoort. Zij had moeten vragen om de volgens de Kieswet vereiste bescheiden, namelijk een gewaarmerkt uittreksel waarop de Nederlandse nationaliteit wordt vermeld. Vervolgens adviseert de Procedurecommissie op 8 maart 2011 aan Provinciale Staten de betrokkenen toe te laten als lid van Provinciale Staten omdat zij de geloofsbrieven in orde heeft bevonden. En zo geschiedt.
Dit heeft tot gevolg dat er minstens 7 Statenleden zijn geïnstalleerd met onjuiste geloofs-brieven. De aanbeveling die nu namens KAFI Integrity wordt gedaan is te onderzoeken of deze omissie gevolgen zou kunnen hebben voor de rechtsgeldigheid van de besluiten van Provinciale Staten na 10 maart 2011. Bovendien is niet geheel duidelijk wat de juridische houdbaarheid is van de installatieprocedure van de betreffende Statenleden.
Op de dag van de beëdiging (10 maart 2011) blijkt dat, kennelijk zonder enige weerstand van de griffie van de provincie, het de pers mogelijk wordt gemaakt een foto te nemen van het uitreksel uit de GBA van mevrouw Kouwenberg. De griffier heeft dit wel overlegd met de PVV fractie, maar heeft de PVV fractie op het verkeerde been gezet door te vermelden dat men d.m.v. een WOB verzoek het uittreksel kan opvragen. Door mee te werken konden de adresgegevens afgedekt worden, door niet mee te werken zouden deze wel eens op straat kunnen komen te liggen. Een verkeerde voorstelling van zaken omdat een WOB verzoek op basis van de Wet openbaarheid van bestuur zeker in deze had kunnen worden afgewezen.
Uit het onderzoek is niet duidelijk geworden of de geloofsbrieven van mw Kouwenberg ter inzage hebben gelegen. Mocht dat het geval zijn dan is ook dat in strijd met de wet en dus onrechtmatig. Blijken de geloofsbrieven niet ter inzage te hebben gelegen dan rest niets anders dan dat de gegevens volgens ons gelekt moeten zijn, waarschijnlijk in de periode 7 tot 9 maart.
Gelet op het voorgaande zal de PVV fractie een agendaverzoek voor de komende plenaire zitting van Provinciale Staten indienen betreffende de aanbevelingen uit het rapport. De PVV fractie zal het volgende aan Provinciale Staten vragen/voorstellen:
- Controle van de geloofsbrieven van alle zittende statenleden op juistheid en volledigheid.
- Instellen onderzoek naar de gerechtsgeldigheid van de besluiten van Provinciale Staten na installatie in 2011 en de juridische waarde van de toelating van de nieuw benoemde statenleden.
- Aanpassing interne procedures omtrent het aanleveren en beoordelen van de geloofsbrieven.
- Verzoek aan de griffie om aan te geven of de geloofspapieren ter inzage hebben gelegen of dat er informatie gelekt is. Indien het laatste het geval is, dan dient er een onderzoek uitgevoerd te worden om te bepalen hoe het lekken is geschied.
Als laatste wil ik opmerken dat er groot onrecht is aangedaan aan de PVV fractie Gelderland met in het bijzonder aan mw Kouwenberg. Mw Kouwenberg is sinds de dag van de beëdiging opgejaagd als aangeschoten wild. Men is compleet voorbij gegaan dat achter de zaak Kouwenberg een groot menselijk drama schuil gaat. Wij zullen ons dan ook, in overleg met mevrouw Kouwenberg, beraden over eventueel te nemen juridische stappen tegen zowel de gemeente Arnhem, alsmede tegen de provincie Gelderland. Wij komen daarop zeker nog bij u terug.
27-02-2012 Kafi Integrity: Onderzoek naar het 'lekken' van de dubbele nationaliteit
11-09-2012 Gemeente Arnhem: Bezwaarschrift mevrouw Kouwenberg