Vrz, tijdens de laatste commissie vergadering heeft mijn fractiegenoot meneer Venema gevraagd of de provincie over een een lijst beschikt van locatie's die in aanmerking kunnen komen voor vluchtelingen opvang. Deze vraag stelde meneer Venema omdat er vanuit het ministerie een verzoek is gedaan aan de commissaris van de Koning, extra inspanning te leveren in ondersteuning en advisering aan gemeenten inzake vluchtelingenopvang. In de beleidsbegroting is te lezen dat het college vooral vanuit menselijk oogpunt, binnen hun rol, deze mensen,de vluchtelingen, in eerste instantie een veilig huis te geven. Letterlijk schrijft het college "We kunnen én willen niet wegkijken".
Volgens gedeputeerde Van Dijk is er geen inventarisatielijst van geschikte locaties opgemaakt. Toch geeft gedeputeerde Meijers aan dat er in Gelderland nog ruimte is voor 2.000 tot 2.500 vluchtelingen extra. Als er dan geen inventarisatielijst is opgemaakt waarop zijn die aantallen dan gebaseerd? Welke gemeenten zijn bij die extra opvang dan betrokken? Om welke aantallen per gemeente gaat het dan? Welke opvanglocaties heeft men in het vizier? Graag een reactie van het college.
Mijn aansluitende vraag naar aanleiding hiervan is: Is er nu wel of geen provinciaal beleid inzake de vluchtelingenopvang en zo ja wat houdt deze in?
Vrz, de wijze waarop de migrantenstroom Europa en daarmee ook Nederland binnen dendert, leidt tot onaanvaardbare situaties, waardoor steeds meer Nederlanders zich geschoffeerd en in de steek gelaten voelen. Het leidt tot bizarre situaties waardoor het leven van onze burgers op de kop wordt gezet: noodopvang en AZC’s plaatsen naast scholen, opvang in sporthallen waardoor deze niet meer gebruikt kunnen worden voor sportevenementen, het gebruik van leegstaande ouderen- en zorginstellingen. Dit alles onder het motto: ouderen en zorgbehoevenden eruit, migranten erin! Hoe kan men het verzinnen.
Vrz, het beleid van een falend bestuur is de directe oorzaak van steeds meer gefrustreerde en ontevreden burgers. Er is steeds meer verzet omdat de burgers het spuugzat zijn weggecijferd te worden voor economische vluchtelingen uit islamitische landen met geheel andere normen en waarden zoals minachting voor ongelovigen, minachting voor vrouwen en minachting voor homosexuelen. Binnen de opvangkampen zijn er al wantoestanden van intimidatie en sexueel misbruik ten aanzien van deze groepen. Maar kennelijk doet dat er niet toe.
Dat deze ongebreidelde opvang leidt tot bizarre bestuurlijke wanbesluiten toont de noodopvang van vluchtelingen in Heumensoord wel aan. In dat zeer kwetsbare gebied, dat bestemd is voor de drinkwatervoorziening van minimaal 250.000 burgers in Nijmegen en omgeving, heeft men een kamp ingericht voor 3.000 vluchtelingen met alles er op en er aan waaronder bovengrondse olietanks ten behoeve van de verwarming. Het kamp is volledig in strijd met het bestemmingsplan, de milieuwetgeving en onze eigen Omgevingsverordening, maar toch vindt het bestuur dat het algemeen en maatschappelijk belang voor het opvangen van 3.000 vluchtelingen boven het belang van ten minste 250.000 burgers gaat die afhankelijk zijn van schoon drinkwater uit dat gebied. Je moet er toch niet aan denken dat de opslagtanks met olie gaan lekken. De gelekte olie zal eenvoudigweg door de zandlaag heendringen waardoor het ondergrondse drinkwater in een mum van tijd dusdanig is vervuild dat het voor consumptie niet meer geschikt is.
Terwijl het politieke bestuur de door hen zelf opgestelde regels overtreedt en daarmee niet de belangen behartigt van de Gelderlanders, luidt mijn fractiegenoot Alexander Kops de noodklok bij de gemeente Heumen. Hij heeft een goed onderbouwd bezwaarschrift ingediend tegen de gedoogbeschikking van de gemeente.
Vrz, Wat is de waarde van onze eigen Omgevingsverordening nu wij weten dat het college van de gemeente Heumen deze verordening kennelijk aan haar laars lapt? Wat gaat u daaraan doen? Of is hier sprake van een nep-verordening of zo u wilt een “Wanneer het ons uitkomt”-verordening? Graag een reactie van het college.
Vrz en wat te denken van het geplande AZC in Apeldoorn. De perfecte locatie is volgens het plaatselijke bestuur het terrein van zorginstelling GGNet aan de Deventerstraat. Het COA wil daarvan zelfs een kernlocatie maken. Dat houdt dus in een permanente AZC! Een AZC in een zorginstelling voor geestelijke gezondheidzorg. Hier woont een kwetsbare groep, die dan ook wordt opgezadeld met islamitische vluchtelingen die hen niet accepteert en ook niet zal gaan accepteren. Een pikant detail hierbij is dat de voorzitter van de Raad van Toezicht van GGNet (hr Hopstaken), ook lid was van de Raad van Toezicht van het COA. In de Code "goed bestuur Publieke Dienst-verleners" van de raad van toezicht van het COA is te lezen dat elke vorm van belangen-verstrengeling moet worden vermeden. De Code vermeldt vervolgens dat er in ieder geval een tegenstrijdig belang bestaat bij het plan om een transactie aan te gaan met een rechtspersoon waarin een lid van de raad van toezicht eveneens toezichthouder is. Vrz, laat dat laatste nu het geval zijn bij deze GGnet locatie in Apeldoorn.
Vrz, en hoe denkt u dat het volgende zal vallen bij onze burgers? In Arnhem Zuid wil de Al Fath moskee een nieuw islamitisch centrum Al Houda vestigen: 100 meter verwijderd van een AZC. Zowel de buurt als de gemeenteraad is daarover niet geïnformeerd. De gemeente Arnhem heeft wel bevestigd dat Al Fath de initiator is, en voor degenen die geen Arabisch spreken, Al Fath betekent de verovering.
Deze Al Fath moskee heeft minstens 10 jihadgangers onder haar dak gehad. (o.a Syriëganger Robbin van Dolderen en rapper Marouane Bouhlayani). In deze moskee zijn salafistische preken te horen van o.a. de imam Al Khattab. De Duitse veiligheidsdienst meldt dat het salafisten zijn die potentiële terroristen rekruteert onder asielzoekers. Zij bieden hulp en onderdak, om hen vervolgens te vragen mee te strijden, voor wat zij noemen de goede zaak; een wereld kalifaat onder de Sharia. Met één doel: de ondergang van het vrije westen. Dit nieuwe islamitische centrum gelieerd met het salafisme, 100 meter naast een AZC, is de kat op het spek binden en getuigd van ongelofelijke naïviteit. Of is het bewust wegkijken omdat men de waarheid niet onder ogen durft te zien?
En geldt dit ook voor de statenleden die niet geïntresseerd zijn in een technische briefing betreffende jihadisme in Arnhem van de burgermeester van die betrefffende stad?
Vrz, dit brengt mij bij het volgende onderwerp: Integriteit! Hebt u even?
Hier in dit huis hebben wij een gedeputeerde waar veel energie in zit. Hij is verantwoordelijk voor economie, onderwijs & arbeidsmarktbeleid en buitenlandse betrekkingen. Maar naast deze omvangrijke portefeuille die verbonden is aan een fulltime dienstverband, bekleedt hij nog steeds nevenfuncties in binnen- en buitenland. Hij is o.a. nog steeds directeur van Noéton BV.
Vrz, u begrijpt het al, het betreft gedeputeerde Scheffer. Op de website van de provincie staat vermeldt dat de nevenfuncties die betrekking hebben op Noéton BV en Polisema BV worden beëindigd. Dit nieuwsfeit staat al maanden op de site van de provincie, maar feit is dat gedeputeerde Scheffer volgens het Handelsregister nog steeds directeur van deze BV’s is, die zich onder andere bezig houden met technische innovatie. Met andere woorden: een gedeputeerde die economie in zijn portefeuille heeft en als betaalde nevenfunctie directeur is van bedrijven die zich bezig houden met innovatie. Dat laatste is steeds meer een speerpunt aan het worden voor het economisch beleid in Nederland.
Vrz. Wanneer gaat gedeputeerde Scheffer zich houden aan de eerder gemaakte afspraken, in die zin dat hij zijn betaalde nevenfuncties opzegt? Wanneer wordt er op de website van de provincie de juiste informatie geplaatst? Graag een reactie van het college.
Vrz, in het college hebben wij niet alleen een energieke gedeputeerde maar ook een gedeputeerde met financiële ambities. Waaruit blijkt dat?
In september 2015 is gedeputeerde Markink volgens de gegevens van de kamer van koophandel, commissaris geworden bij de Rabobank (staat in uittreksel kvk geregistreerd op 24-9-15). Op de provinciale website is te lezen dat het commissariaat is ingegaan op 1- 10-2015. Het verzoek aan GS is dan ook om de ingangsdatum op de website te corrigeren. Graag een reactie van het college.
Vrz, deze gedeputeerde heeft financiën in zijn portefeuille en een commissariaat bij de RABObank. Kan dat wel goed gaan? Wij denken van niet. Sterker nog: het kwaad lijkt al te zijn geschied. Ik zal dit toelichten.
Vorig jaar is een subsidiebedrag van 850.000 euro beschikbaar gesteld voor de uitvoering van het Gelders Microkrediet aan de stichting Qredits.(PS2014-202). Qredits zet startersleningen uit van maximaal 50.000 euro, waarvoor de provincie garant staat. Initiatiefnemer van Qredits is onder andere de Rabobank, die op haar beurt tevens de startersleningen financiert.
Vrz, hieruit blijkt dat de Rabobank, Qredits en de provincie een gezamenlijk belang hebben met daarbij als bijzonder punt dat de provincie garant staat voor de leningen die indirect de Rabobank aan starters verleent. Deelt het college de mening van de PVV fractie dat hier sprake is van een schijn van belangen-verstrengeling? Omdat ik al bijna weet wat het antwoord zal zijn stel ik gelijk ook maar de volgende vraag : Waarom deelt u die mening niet?
De gedeputeerde van Dijk geeft aan dat gedeputeerde Markink niet zal meepraten over onderwerpen waarbij de Rabobank betrokken is. De vraag is in hoeverre dat werkt in de praktijk. Want tijdens de behandeling van de slotwijziging 2014, voerde de gedeputeerde Markink gewoon het woord. Dit terwijl in de slotwijziging een subsidie van 361.000,- euro werd verstrekt voor de stichting biomassa. Een stichting waar ook For Farmers in participeert en waarvan gedeputeerde Markink op dat moment voorzitter was van de raad van commissarissen. De PVV heeft hiervan toen nog een punt van orde gemaakt, dat niet gehonoreerd werd.
Vrz, is het niet beter om gewoon alle schijn van tafel te halen en het commissariaat van de Rabobank neer te leggen? Graag een reactie van het college.
Zoals bekend was gedeputeerde Markink tot 17 april 2015 verbonden aan het bedrijf For Farmers te Lochem. (Eerst als bestuurslid en later als commissaris.). For Farmers had en heeft een vervuild terrein in eigendom (aan de Landbouwstaat) in Winterswijk, dat binnenkort zal worden gesaneerd.
Dit alles is op zich niets bijzonders, maar wordt dat wel als het in het volgende kader wordt geplaatst.
In 2012 is de provincie Gelderland namelijk betrokken geraakt bij de opstelling van een bodemprogramma van de gemeente Winterswijk. (in het kader van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing) De vervuilde percelen die eigendom zijn van For Farmers maken deel uit van dit bodemprogramma. Voor de uitvoering van dat bodemprogramma heeft het college tijdens haar vergadering op 11 december 2012 een subsidie ter beschikking gesteld van 184.838 euro. Tijdens deze vergadering van het college, waarbij gedeputeerde Markink aanwezig was, is de verdeelnotitie van het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing besproken waarin het bodemprogramma van de gemeente Winterswijk één van de onderwerpen was. Niet gebleken is dat gedeputeerde Markink, die op dat moment tevens commissaris van For Farmers was, zich onthouden heeft van stemming dan wel dat hij de vergadering van het college op dat moment heeft verlaten. Hij is gewoon als lid van het college blijven zitten om deel te nemen aan deze besluitvorming terwijl het besluit een link had naar het bodemprogramma en in lijn daarmee naar For Farmers. De schijn van belangenverstrengeling die hiermee is ontstaan is dan ook direct in strijd met de Gedragscode bestuurlijke integriteit provincie Gelderland..
(de Gedragscode bestuurlijke integriteit Commissaris van de Koningin en gedeputeerden, die van kracht was op de datum van genoemde besluitvorming door GS, dan schreef die met betrekking tot de onafhankelijkheid bij besluitvorming onder andere het volgende voor: Een bestuurder die een persoonlijk belang heeft bij een beslissing van Gedeputeerde Staten, Provinciale Staten of een Statencommissie, onthoudt zich van deelname aan de besluitvorming daarover. )
Vrz, Waarom heeft gedeputeerde Markink deze schijn van belangen-verstrengeling laten ontstaan? Graag een reactie van het college.
Vrz, ik kom voorlopig op mijn laatste punt. Zoals u weet heeft de Politie Midden Nederland, District Oost Utrecht een rapport opgemaakt dat betrekking heeft op de eventuele vergunningplicht van Necker van Naem met betrekking tot de werkzaamheden die dit bureau heeft uitgevoerd voor diverse overheden. Zo heeft Necker van Naem eerder dit jaar in uw opdracht het screeningsonderzoek uitgevoerd naar de kandidaat gedeputeerden Gelderland. Tijdens de heisessie op 9 september jl. heeft u toegezegd dit rapport te verstrekken aan Provinciale Staten. Mijn vraag aan u: Wanneer gaat u een kopie van dit rapport verstrekken aan Provinciale Staten?